De witgehoede
en alom gerespecteerde koeienjongen Lucky Luke wordt in het Wilde Westen
gevreesd door iedere bandiet. Hij handhaaft er op avontuurlijke wijze de
wet, al rondreizend. Sympathiek uitgerust met een uitermate intelligent
paard, Jolly Jumper, stuit hij op alle western-cliché's die
er bestaan. Tekenaar Morris
bedacht Lucky Luke precies vijftig jaar geleden dan ook als parodie op
de cowboyverhalen en -films, die toen erg populair waren.
In 1946
verscheen het verhaal Arizona 1880 in de Robbedoes Almanak 1947.
Vermomd als soepele, ronde, Amerikaanse tekenfilmfiguur startte Lucky Luke
daarin zijn kogelvlugge capriolen.
In sterke verhalen vol verwijzingen naar historische personen en waargebeurde
gebeurtenissen. Vooral de verhalen die René Goscinny gedurende ruim
twintig jaar voor Morris schreef zijn niet uit je hersens te branden. De
eerste tien jaar schreef Morris zelf z'n verhalen, toen deed Goscinny dat
twintig jaar lang, en nu zijn ook alweer twintig jaar telkens wisselende
scenaristen voor Lucky Luke in de weer. Het allernieuwste verhaal Klondike
is bijvoorbeeld geschreven door Yann, die van De Onnoembaren
en Over
Lijken, samen met Jean Léturgie, die nu al vijftien
jaar voor Morris schrijft. Ze hebben er samen een verhaal van gemaakt met
een hoge grapdichtheid en bovendien hebben ze Goscinny's tenderfoot van
stal gehaald. Erg leuk! En ook Morris maakt het zich niet makkelijk. Leek
hij de laatste jaren het kopieerapparaat beter te kennen dan zijn tekengerei,
dit maal haalt hij weer als vanouds alles uit de kast. Je zou toch niet
denken dat de beste man al 73 is? Hij is een knap tekenaar die in zijn
zo kenmerkende dunne lijn met het grootste gemak een prettige western-wereld
voor ons tovert.
Trotseer
de koude, en ga met Morris mee naar Alaska, naar Klondike, waar je vanzelf
rode konen krijgt van de goudkoorts, die menig gelukzoeker ophitst!
|